De mensen en hun Maurits-huis
Het leek wel of ze er een soort boerenstulp van wilden maken

Voor sommige bewoners heb ik eigenlijk niet genoeg aan één open deur. Voor Mauritsstraat 92 bijvoorbeeld, waar Anneke, Carol, Boy en Deborah wonen. Het zal liggen aan het feit dat het de eerste kennismaking was voor uw open-deur redacteur met dit type huis. Het begint al bij de voordeur.

Dit huis heeft zowaar een portiek met aan één kant een ronde muur. Links in het portiek staat een oude blauwe keukenstoel, te wachten op een voorbijganger die wil uitrusten, of wellicht de postbode.
Anneke's connectie met de straat dateert al van de tijd dat haar opa bevriend was met de heer Ypma, eigenaar van de voormalige Centrawinkel. Haar vader heeft daar zelfs nog een tijdje op kamers gewoond. Anneke en Carol maakten in een vorig "straatleven" deel uit van de woongroep "De Kluis" op nr. 45 en 47. Met pijn in hun hart hebben zij in 1990 de woongroep, die ook al een leven kende vóór de Mauritsstraat, verlaten. Puur omdat de behuizing in de twee panden te krap werd voor alle volwassenen en opgroeiende kinderen. Om toch in de buurt te blijven beperkten zij hun zoektocht naar een ander huis tot deze straat of aangrenzende straten.

Daardoor hoopten ze het contact met de woongroep, en met name de kinderen, te kunnen behouden. Ook wilden ze per se een tuin op het Oosten, wat maar niet lukte. Uiteindelijk toch maar nr. 92 bezichtigd, dat al lange tijd te koop stond.

Anneke werd spontaan verliefd op de fonteintjes in de wc en op de overloop. De koop was snel gepiept.
Het duurde nog tien maanden voordat zij het pand konden betrekken. De oorspronkelijke bewoonster, mevrouw Witkamp, deed aanvankelijk nogal stug omdat ze in haar hart deze stek eigenlijk helemaal niet wilde verlaten. Haar vader was de eerste bewoner. Haar hele jeugd en volwassen leven tot aan de verkoop had ze er gesleten. Anneke en Carol stonden te popelen om hun bouwplannen uit te stippelen, maar kregen maar geen toegang tot hun nieuwe woning. De broer van Anneke wist mevrouw Witkamp voor zich in te nemen. Ze was in één klap om.
Het huis met duidelijk Amsterdamse School-kenmerken was behoorlijk verknald en behoefde flink wat verbouwing.

De vele Art deco details waren onzichtbaar. De kleur bruin domineerde ruimschoots. Het plafond in de woonkamer was betimmerd met donkerkleurige schrootjes. De oorspronkelijke haard van roodbruin Mechels marmer was vervangen door een gevaarte van een afzichtelijke steensoort en bielzen. Complete muren waren beplakt met vilt, zelfs in de serre. Na drie jaar hielden Anneke en Carol het niet meer uit bij hun monsterlijke haard.

Een aardige aannemer verraste hen met een chique schouw, afkomstig uit een huis aan de Maliebaan. Tijdens een sloopklus had hij het exemplaar gered. Jarenlang heeft het in tig stukken bij hem in de schuur liggen wachten op een nieuwe bestemming. Eigenlijk te sjiek en te groot voor onze huizen, maar het oogt prachtig.

De serre is afgescheiden van de woonkamer door een royale kozijnenpartij, over de hele breedte van de kamer, met veel ruitjes. Zelfs de oude schuifdeuren (die godzijdank nog ergens op zolder lagen) zijn in ere hersteld. In de winter blijven de schuifdeuren gesloten, anders voel je de ijzige kou meteen op je af komen. In deze kleine tuinkamer past precies een piano, overdwars. Het geheel straalt een ouderwets soort gezelligheid uit. Carol vindt dat het mooie effect enigszins verloren gaat doordat ze de keuken hebben opengebroken. Ik vind dat overdreven.
De gang is een verhaal apart. Achter het plastic behang, dat Carol's moeder er met veel geduld vanaf heeft gepeuterd, kwamen schitterende Art deco tegels tevoorschijn. Binnenkort wordt er een tochtdeur geplaatst, geheel volgens het oorspronkelijke ontwerp.

Op de hoedenplank in de hal pronkt een schaal van echt Gouds plateel waarvan de kleuren harmoniëren met de tegeltjes in de gang. Samen met de stijlvolle trappartij straalt de gang zo een wonderschone eenvoud uit, waar de architect ongetwijfeld zeer mee in zijn nopjes zou zijn geweest. Ook zonder de granieten vloer, die helaas niet meer te redden viel.

Zelfs het toilet mag er zijn met het inderdaad beeldschone fonteintje, de nog originele spoelbak en de oorspronkelijke tegeltjes van de badkamer.
Het balkon op de eerste verdieping is een geliefde plek geworden.

In de zomer schijnt de zon hier vrijwel tot zij onder gaat, omdat het tegenover gelegen huis nou net toevallig het lage(re) huis van Hilde Dix is. De wens om na een vermoeiende werkdag een aperitief in de avondzon te kunnen genieten is toch nog in vervulling gegaan.
Op de bovenste verdieping aan de voorkant woont Boy. Maar vooral ook op de riante overloop, waar hij kan spelen met zijn modeltreinen.

Met zijn opa heeft hij samen de indrukwekkende opstelling in elkaar geknutseld. De hele verdieping ademt een ouderwetse zolderachtige sfeer. Behalve de kamer van Deborah dan, aan de achterkant.

Een echte meidenkamer, met veel paardendingen, waaronder een verzameling medailles die respect afdwingt.
Nu heb ik nog niet het speciale Venetiaanse wasophang-systeem van Carol beschreven. Als u nieuwsgierig bent moet U hem daarover zelf maar even aanschieten.

De mensen en hun Maurits-straat
In de eerste helft van de straat lijkt het contact tussen de bewoners iets meer coherent

Anneke bemerkt een licht verschil tussen de eerste en de tweede helft van de straat. Tijdens de Kluisperiode ervoer ze iets meer coherentie tussen buren en overburen. Maar ook nu is het contact prima, zij het dan wat losser. Het verloop lijkt groter in dit deel van de straat. Momenteel wonen er veel jonge gezinnen. Anneke kan het allegaartje aan bewoners zeer waarderen. "Daardoor wordt deze chique straat toch niet te keurig."
Het eerste wat ze opmerkten toen ik binnenkwam: "We vinden het vreselijk, maar we zijn er niet met het straatfeest."

Van buiten kun je een zilverkleurige Pierrot in de vensterbank zien zitten, zijn hoofd naar De Kluis gericht. Altijd op de uitkijk. Een cadeau van één van de woongroepkinderen, toen ze verhuisden, als aandenken. Gekocht bij de Snuffelshop. "Vaak kwam er wel even één van hen bij ons binnenwippen voor een kletsje. Nu wonen ze zo langzamerhand allemaal op kamers, buiten de stad. Maar de band blijft."
In De Kluis wonen nu nog twee families, ieder in hun eigen huis. Maar dat is een heel lang verhaal, goed voor een dubbele deur.

PB

<<<terug